Ik begon mijn studie voor docent Engels op mijn 27e. Een voltijd studie met een voltijd baan bij Hotel Krasnapolsky aan de dam in Amsterdam. Mijn interesse was gewekt door de ervaringen met het opleiden van collega’s en de realisatie, verkregen middels een uitgebreid psychologisch onderzoek, dat ik dit met mijn werk en denk niveau goed aan zou moeten kunnen.

 

Mijn eigen schooltijd was zeer negatief, ik was de stille boze jongen die achter in de klas uit het raam keek. Het leek mij dat het de taak van docenten was om je dieper in de put te trappen, maar die ene keer dat een docent een compliment maakte kan ik mij nog zeer goed heugen.

 

Ik ben dan ook zeer gebrand om leerlingen te motiveren, om lessen effectief te laten zijn, leerlingen slimmer te maken, en te laten zien waarom we doen wat we doen.

 

Om dat te kunnen doen moet ik altijd op de hoogte zijn van de nieuwste onderwijs ontwikkelingen, kennis van leren, kennis van de hersens, kennis van motiverende technieken. Mijn werk is een groot onderzoek naar de vragen, wat maakt een vmbo leerling een vmbo leerling, en hoe kan die groeien, wat is de beste manier om een taal te leren, en hoe kan ik als docent effectief bijdragen aan de opvoeding van het kind, in hun overgang naar volwassene.

Naast een volle boekenkast leverde dit zienswijze en technieken zoals; het taal leren volgens Stephen Kraschen, “the power of Yet”, of ontblokken (o.a. Peter Riezebos), en provocatief coachen.